Conclusie over stamrechtvrijstelling en deels niet kwalificerende aanspraak
Advocaat-Generaal, 28 april 2008, nr. 07/10524
X bv heeft aan een werknemer in verband met het beeindigen van het dienstverband een recht op periodieke uitkeringen toegekend. Het grootste deel daarvan ziet op gederfd of te derven loon. Het restant ziet op de afkoop van vakantiedagen, vakantierechten en een mobiliteitsbijdrage. De twee aldus gesplitste bedragen zijn rechtstreeks gestort op de bankrekening van een stamrecht-bv van de werknemer. De inspecteur stelt dat de stamrechtvrijstelling alleen van toepassing is als geheel sprake is van gederfd of te derven loon. In geschil is de aan X bv opgelegde lb/pvv-naheffingsaanslag. Rechtbank Breda oordeelt dat de vrijstelling toch van toepassing is op het deel van de aanspraak dat ziet op gederfd of te derven loon. De Staatssecretaris van Financien gaat in cassatie.
Advocaat-Generaal Van Ballegooijen is van mening dat een aanspraak fiscaal gesplitst kan worden voor toepassing van vrijstellingsbepalingen. De wettekst sluit partiële toepassing van de stamrechtvrijstelling niet uit en partiële toepassing past ook binnen doel en strekking van de wet. De wetshistorie biedt zijns inziens geen aanknopingspunten voor een andere visie. Zijn conclusie strekt daarom tot ongegrondverklaring van het beroep.