De EU-ministers van financiën hebben gisteren felle kritiek geuit op topbeloningen en riante bonusregelingen in het bedrijfsleven. Ze willen daarvoor geen uniforme aanpak vaststellen, maar blijvende komende tijd met elkaar in overleg over hoe het fenomeen aan te pakken.
De Luxemburgse premier Jean-Claude Juncker, ook voorzitter van de eurolanden, noemde excessieve beloningen "een gesel voor de maatschappij". Minister Wouter Bos van Financiën en zijn Duitse collega Peer Steinbrück wezen erop dat overheden en werkgevers werknemers moeilijk om begrip voor bedrijfsglobalisering en loonmatiging kunnen vragen, als bestuurders zich niet terughoudender opstellen bij salarissen, gouden handdrukken en bonussen.
Uit onderzoek van de Europese Commissie blijkt dat Nederland het verste is met regels om topbeloningen en dergelijke aan banden te leggen. Bos wil bijvoorbeeld 30 procent belasting heffen over vertreksommen van boven de vijf ton.
De bewindsman zei gisteren dat het "economisch onzinnig is bonussen te geven die geen relatie hebben met prestatie, of zelfs bij falen". Hij verklaart de recente financiële crisis doordat "beloningssystemen in veel opzichten niet in evenwicht waren met de risico's".
De Franse minister van financiën, Christine Lagarde, zei dat "het echte probleem een gebrek aan transparantie is. Die moeten we vergroten, zodat iedereen zijn verantwoordelijkheid kan nemen." Ze doelt hiermee op commissarissen en beleggers. De lidstaten blijven de komende tijd met elkaar van gedachten wisselen over de materie. Minister Steinbrück zei een zekere harmonisatie van regels voor beloningsbeleid niet uit te sluiten. "Maar niemand wil hier wetgeving op EU-niveau. Ik ook niet", zei Bos. Hij zei niet te verwachten dat strengere regels omtrent bonussen en dergelijke bedrijven ertoe zullen aanzetten te verhuizen naar landen die minder moeilijk doen.
Tijdens het beraad in Brussel spraken de bewindslieden ook over de manier waarop de belastingdiensten van de lidstaten beter grip kunnen krijgen op spaargeld dat EU-ingezetenen in landen als Oostenrijk, Luxemburg, België, Liechtenstein en Zwitserland stallen. Deze landen geven geen informatie aan de fiscus over de grens door, maar heffen een bronbelasting over rente op buitenlandse tegoeden.
Dit systeem voldoet niet, omdat bijvoorbeeld dividenden er niet onder vallen, en stichtingen niets hoeven in te houden. De Europese Commissie komt op aandringen van Duitsland en Nederland eind september met een evaluatie van de regels en enkele weken daarna met voorstellen om de gaten in de spaarregels te dichten. Staatssecretaris Jan Kees de Jager opperde dat het op langere termijn wellicht handiger is voor vermogen in het buitenland een forfaitaire heffing in te stellen, in plaats van de huidige, gecompliceerde regeling.