De Belastindienst heeft artikel 32bb Wet op Loonbelasting geïntroduceerd om te hoge gouden handdrukken tegen te gaan. De Belastingdienst spreekt van een excessieve gouden handdruk als deze ruwweg tweemaal zo hoog is als het jaarloon.
Een inspecteur van de Belastingdienst heeft een procedure hierover gewonnen van de werknemer die een hoge ontslagvergoeding ontving. Het geschil is door de rechtbank Leeuwarden beslecht in het voordeel van de inspecteur hetgeen betekent dat de ontvanger extra belasting heeft moeten betalen over zijn ontslagvergoeding van €1.000.000,-. Werkgever en werknemer hebben ook verzuimd dit op de juiste manier vast te leggen in de vaststellingsovereenkomst. De werknemer heeft de ontslagvergoeding ondergebracht in een stamrecht bv. Door toepassing van het artikel mag niet de volledige ontslagvergoeding in de stamrecht bv worden ondergebracht.
De inspecteur is van mening dat de ontslagvergoeding excessief is. Door de kwalificatie van 'excessief' moet een speciale belastingregel toegepast worden, namelijk artikel 32bb van de Wet Loonbelasting. De inspecteur legt twee naheffingsaanslagen bij de werknemer neer, die werknemer moet betalen.
Artikel 32 bb bepaalt dat het tweede jaar voorafgaand aan het jaar van ontslag bepalend is voor de vaststelling van het toetsloon. Dit artikel geldt alleen als het toetsloon meer dan €518.000.- bedraagt. Voor normale werknemers geldt deze wet dus niet. Normale werknemers mogen meer dan 2 jaarsalarissen ontvangen. Bij lange dienstverbanden kan hier sprake van zijn, als de kantonrechtersformule wordt gehanteerd. Kantonrechtersformule berekenen